Hoe gek moet je zijn?
Vandaag, 3 oktober, de sterfdag van Franciscus, moeten we eens vrolijk spreken over een onbekende en onbegrepen heilige. Al zou deze minderbroeder zelf de laatste zijn om zulks te zeggen: Ik vind dat hij het verdient wereldberoemd te worden. Deze week zag ik Rosselini's The Flowers of Saint Francis (1950). En ja, Junifer had de hoofdrol, want hij staat centraal in de Fioretti van Franciscus. De heilige Clara vroeg op haar sterfbed speciaal naar Junifer “of hij nog nieuws van God had”; Franciscus wenste dat al zijn broeders zo waren als hij.
En toch. Je vindt weinig tot niets over hem op het internet; geen boeken in het Nederlands (ik heb er twee via Amazon gekregen, en ook die waren alleen tweedehands voorradig).
In Vlaanderen heet hij Sint Juin en daar bezigt men de uitdrukking “zo gek als sint Juin”. Dat stamt bepaald niet van de ajuin: de uitdrukking komt bewezen van Junifer. Het is ook waarschijnlijk dat het dorp van Van Kooten en De Bie (wethouder Hekking..) genaamd Juinen aan Junifer schatplichtig is.
Dus, broeder Junifer! Dat wil zeggen: broeder Jenever.
Dit jaar hebben we zijn graf gezocht en gevonden in Rome, vlakbij de Spaanse trappen. Moesten daar veel navraag voor doen, want zelfs de priesters daar wisten niet meer van zijn bestaan af. Maar in Italie heet hij Ginepro. Het was alsof hij ons weer voor de gek hield: eens trok hij, onderweg naar datzelfde Rome, een enorme groep bewonderaars aan; toen zag hij een jongen en een meisje wipwappen op een boomstam, zette hen op het andere deel - en is met ze blijven wippen tot al die fans teleurgesteld afdropen..
Het volgende verhaal zal ik toelichten; het is vandaag jarig.
XI uit Fioretti van Franciscus 1181 - 1226: Hoe broeder Junifer eens naar Assisi toog
Eens geschiedde het dat broeder Junifer, wandelend is het dal van Spoleto, broeders ontwaardde die zich de tegengestelde kant op spoedden. Zo herinnerde hij zich plots dat er een grote plechtigheid plaats zou vinden ter gelegenheid van de sterfdag van Franciscus, en kwam het in zijn hoofd zich ook daarheen te begeven. Luister nu goed in welke kleding hij dat deed. Hij ontdeed zich namelijk van alles behalve zijn onderbroek en kwam zo, nadat hij eerst door de hele stad Spoleto had gelopen, uiteindelijk aan in het klooster van Assisi waar de broeders reeds verzameld waren voor de processie. Dezen echter, geërgerd en beschaamd door zijn gedrag, gaven hem er van langs en noemden hem een dwaas, een gek, en een schandvlek op het blazoen van de orde van Franciscus. De generaal van de orde riep vervolgens al de broeders bij elkaar en gaf in aanwezigheid van alle anderen broeder Junifer een stevige reprimande. En deze eindigde na vele woorden aldus: “Zo groot en ernstig is je fout, dat ik me zelfs geen straf bedenken kan die zwaar genoeg is”. Daarop antwoordde Junifer als een die zich verheugt in zijn eigen verwarring: “Vader, mag ik het u zeggen: zend mij als straf van deze plechtigheid terug in dezelfde kledij waarin ik hier aankwam”.
Voor mij was het de derde keer Assisi, voor de anderen de eerste maal. Het was een voorrecht om mijn kinderen te vertellen over de vrolijke Frans - die eigenlijk Giovanni heette, maar door zijn vader, de lakenkoopman met vele contacten in Frankrijk, om commerciële overwegingen Francesco, Fransman werd genoemd: de eerste keer dat die naam voorkomt, maar juist vanwege hem zeker niet de laatste! In de kerk die drie verdiepingen telt, kun je de fresco’s zien die door Cimabue, en waarschijnlijk door de grote Giotto zelf gemaakt zijn, vlak na de door van Franciscus. De meeste van zijn vrienden en getuigen leefden nog.
Franciscus blijft een onbegrijpelijke implosie van originaliteit. Nat als Jezus: hoe, in Godesnaam, is het mogelijk dat zo’n beweging zo onbedwingbaar snel groeit - dwars tegen alle machthebbers in?? Mensen als Franciscus en Jezus zijn in hun creativiteit, frisheid, originaliteit altijd een bedreiging voor de gevestigde belangen. Zij noemen hen dan gek en gevaarlijk; volksmenners en verleiders. Jaja, de kop boven het maaiveld wordt afgehakt; in open handen worden spijkers geslagen.
Twee citaten uit de eerste brief aan de Korinthiers: - Laat niemand zichzelf bedriegen. Wanneer iemand van u denkt dat hij in deze wereld wijs is, moet hij eerst dwaas worden; pas dan kan hij wijs worden. Wat namelijk in deze wereld wijsheid is, is dwaasheid bij God.
- Een mens die de Geest niet bezit, aanvaardt niet wat van de Geest van God komt, want voor hem is het dwaasheid. Hij kan het ook niet begrijpen, omdat het geestelijk moet worden beoordeeld.
Tot zover twee citaten uit de brief aan de christenen in Korinthe. In die brief komt het woord dwaasheid vijf keer voor.. Omdat er in die stad veel discussie was met de filosofen. KORINTHE.. Van de naam van die stad komt inderdaad ons woord krent; gedroogde druif; in die stad floreerden, behalve de filosofen, ook de slijterijen. Vandaar dat Paulus het vaak heeft over de noodzaak om nuchter te blijven, al is ook dat een dwaasheid in de ogen van de wereld.
Ook van Jezus werd gezegd dat hij bezopen was: (Mattheus 11: 16vv) Waarmee zal ik de mensen van deze generatie vergelijken? Ze lijken op kinderen die op het marktplein zitten en elkaar toeroepen: “Toen we voor jullie op de fluit speelden, wilden jullie niet dansen, toen we een klaaglied zongen, wilden jullie niet rouwen.” Want toen Johannes kwam, en niet at en dronk, zei men: “Hij is door een demon bezeten.” Nu is de Mensenzoon gekomen, hij eet en drinkt wel, en nu zegt men: “Kijk toch eens, wat een veelvraat, wat een dronkaard, die vriend van tollenaars en zondaars.”
Broeder Junifer was een van de allereerste volgelingen van Franciscus. Hij begreep Franciscus als geen ander, al kon hij het niet onder woorden brengen. Junifer begreep Franciscus intuïtief. Junifer betekent: Jeneverstruik. Net zoals Korinthe werd hij met dronkenschap geassocieerd. Junifer was een heilige dwaas.
Heilige dwazen heb je nog steeds overal op de wereld. Sommigen van hen zijn dat altijd en steevast, anderen uit roeping; sommigen zijn het af en toe. De armen van geest, die Jezus zalig spreekt, zijn niet alleen zij met een beperkt IQ maar ook zij die zich vrij hebben gemaakt van de normen van de wereld. Zen monniken, sufi’s, dansende derwishen, de ‘fools for christ’, en in Rusland is het een grote beweging geweest van naaktlopers, vuurspuwers - mensen die hun ego een lesje leerden in nederigheid.
Heilige dwaasheid! Dat is in afgeleide vorm het talent om om jezelf te kunnen lachen. Zelfspot is o zo belangrijk.. En je zelf kunnen relativeren is totaal iets anders, dan je zelf een minderwaardigheidscomplex aan praten. Altijd moet je je hoeden tegen de overschatting van je ego - dat masker dat je aangepraat wordt; ijdelheid; zelfoverschatting; dat masker dat je opzet als harnas, uit angst, uit ongeloof.
Een van de fresco’s die aan Giotto zijn toegeschreven heet: de renunciatie van Franciscus. Renunciatie is een moeilijk woord voor verzaking; het verlaten van de wereld. Er was een namelijk een conflict met vader Pietro Bernardone. Vader wilde dat zijn Fransmannetje zijn lakenhandel overnam - hij had zijn naam immers mee - maar Frans had een andere roeping gekregen. Toen, in de kerk waar recht gesproken werd door de bisschop, zou Franciscus officieel onterfd worden. Hem werd de vraag nogmaals en doordringend gesteld. Daarop heeft Franciscus zich in het openbaar naakt uitgekleed. De bisschop was zo verbijsterd, dat hij zijn rode mantel uittrok en die om Franciscus lichaam hulde.
Dat verhaal vertelt de fresco. Het vervolg was, dat de vrolijke Frans bevrijd van alle bezit en verplichtingen naar buiten wandelde; hij had niks, dus was alles van hem. Zo werd hij vriend van alle dieren en armen. Veel mensen die hem zo zagen, werden jaloers op zijn vrijheid en blijheid en sloten zich aan. Het doet erg denken aan het verhaal uit de bijbel over de rijke jongeling, die zwaar op de hand naar Jezus toe gaat en hem vraagt hoe hij ook zo gelukkig kan worden, “zo eeuwig kan leven” staat er. En Jezus, hem aanziende, kreeg hem lief en sprak: “verkoop alles wat je bezit en geef het aan de armen”.
Dat kon onze arme, rijke man niet - want hij bezat vele goederen.
Wel: Junifer was zo’n heilige dwaas die het wel heeft gedaan. “Waren al mijn broeders maar Jeneverbessen”, sprak Franciscus. En zijn bruid, de heilige Clara, riep Junifer bij haar sterfbed en vroeg hem, of hij nog nieuws van God had..
Junifer was berucht om zijn verlangen naar armoede en zijn gebrek aan ego. Hij schonk altijd maar weer alles wat hij nog had weg aan de armen. Dat was vooral zijn kleding. Zo bar was dat, dat de broeders het hem officieel verboden: hij was nogal eens verkouden. Toen hij echter weer een arme drommel tegenover zich kreeg en met ontferming bewogen werd, sprak hij tot de arme: “Ze hebben het me verboden om jou mijn kleren te geven, en aan dat bevel ben ik helaas gehouden.. Maar wacht eens: als jij het nu van me steelt, daar kunnen ze vast geen bezwaar tegen hebben..!” Vanaf die tijd had hij altijd broeders om hem heen die hem uit de buurt van kerken hielden, omdat hij avondmaalsgerei, schilderijen, altaarskleden uit de kerken haalde om het maar aan de armen te kunnen geven.
Wanneer je monnik dan wel non wordt heet dat: uit de wereld stappen, of: dwaas worden voor Christus. Dat verbeeldt het fresco van Giotto. Je bent in de wereld, maar niet meer van de wereld. Je bent, met een ander oud woord, niet langer wereldgelijkvormig. Heilige dwazen kijken anders tegen de wereld aan; misschien wel van de bovenkant.
Heilige dwazen komen overal voor; als dichters, zangers, schilders, sjamanen - in alle godsdiensten, in alle culturen. Yurodivi heten ze in de kerken van het oosten; maar ook bij de sufi’s in islam (Rumi, Shamz,), in hwr othodoxe Jodendom de Chassidiem (de Baal Shem, lees Elie Wiesel) bij de Boeddhisten - de zen meesters zijn beroemd - en bij de Hindu’s, of bij de indianen - mensen die wereldONgelijkvormig zijn geworden. Vaak vertonen ze schokkend, onconventioneel gedrag om geaccepteerde normen aan de kaak te stellen, een profetie door te geven, of om hun eigen vroomheid te maskeren (!). Gods dwazen kom je in het OT al tegen - bijvoorbeeld Jesaja, die naakt door Jeruzalem loopt om de mensen er op voor te bereiden dat ze binnenkort in ballingschap zullen gaan; Hosea, die als gelijkenis met een prostituee trouwt; en natuurlijk Jona, die een gek van zichzelf maakt. Heilige dwazen. Later in het christendom werd het beleefd als een vorm om Christus te volgen - die ook door de wereld veracht is. Franciscus stak zo in elkaar en we kennen allemaal Pipo de clown of Pippi Langkous. Wat u misschien niet weet, is dat hun naam afkomstig is van Il buon Pippi: De heilige Filippo Neri, stichter van de orde van de Orationisten, die leefde rond 1580. En wat te denken van Erasmus’ Lof der Zotheid? En er zijn er, goddank, altijd veel mer geweest. Het heeft er alle schijn van, dat je op zijn minst een beetje gek moet zijn om te geloven. Om te geloven - geloven in een andere wereld, waar alle dingen omgekeerd zullen zijn. Lammen lopen, blinden zien, rijken worden weggestuurd met lege handen, armen zitten op de eerste plaats aan tafel. En de heilige dwazen doen al voor, wat er dan geschieden zal. Daarvoor moet je het aandurven om belachelijk te zijn.. Om je eigen hang naar erkenning op te geven, je eigen ego achter je te laten, je ingebouwde hang naar wereldgelijkvormigheid op te geven.
Junifer was daar een ster in, en hij hoefde daar niet eens zijn best voor te doen. Hij dacht gewoon niets van zijn eigen toevallige verschijningsvorm. Junifer was er constant verbaasd en dolgelukkig over dat hij, onhandige sterveling, bemind wordt door de eeuwige. Het jarige verhaal van vandaag - daar zie je wel heel duidelijk hoe dat in hem werkt. Hij heeft het niet door, hij heeft het echt niet door hoe hij schoffeert en schokt, hij doet wat hij doet in alle naïveteit. Hij zit er naast, ja; maar hij zit er goed naast, of hij zit er god naast. We luisteren naar het verhaal, en zien het voor ons. Maar - we moeten het niet te letterlijk nemen, dan hebben we er niet veel aan. We moeten naar onszelf kijken en ons voorstellen wat wij uit moeten trekken om mee te mogen doen aan de fantastische processie die vieren wil dat er mensen als Franciscus geweest zijn.
Franciscus heeft eens gezegd, dat de wereld gevangen is in amor non amatur - in goed Nederlands: de liefde wordt niet bemind. We geloven er niet in onze capaciteit om lief te hebben. Voor wat hoort wat - en omdat we het zelf niet kunnen geven, kunnen we het evenmin ontvangen. Misschien is delen makkelijker als je niets hebt. Ik herinner me het verhaal hoe de broeders eens beroofd dreigden te worden van een gebedeld brood toen Franciscus er even niet bij was, en hoe de broeders de dieven bestraften en ze woedend en met lege handen wegstuurden. Toen Frans terugkwam met zijn gebedelde brood en het verhaal vernam, moesten de broeders voor straf de dieven achterna om ze beide broden te geven. Want zei hij, er staat in de schrift dat de gezonden geen dokter nodig hebben, maar juist de zieken. Deze mensen waren ziek. En ze zijn in dit verhaal door de broeders genezen, want de drie dieven zijn er in gebleven - in de franciscaanse beweging, wel te verstaan.
Ik heb altijd al een zwak gehad voor clowns. Als ik om hen lach, lach ik vooral ook om mezelf. Om mijn eigen onhandigheid, vergeten, blunders. Een goede clown is ofwel zoals Junifer zich er niet eens van bewust dat hij een dwaas van zichzelf maakt, of hij is, zoals Franciscus, zo liefdevol en nederig dat het hem worst is wat mensen van hem vinden. Daarom, helemaal zonder twijfel of angst, sprak hij de vogels aan en bekeerde hij de wolf van Gubbio: “Wie gromt, die heeft een hondenleven”. In dezelfde geest ging Jezus uit eten met de tollenaars en nodigde hij de hoeren mee aan tafel; veranderde hij water in wijn en kon hij lekker liggen te slapen terwijl iedereen dacht dat hun scheepke zou vergaan.
Clowns leven van de lucht; of liever, van de hemel. Ze weten dat ze leven van genade. Ze lijken arm, maar God: wat zijn ze rijk. Ook Franciscus liep rond n een juten zak - en dat is later de bruine monnikspij geworden.
Die malle broeder Junifer vond dat hij het ook heel goed zonder die overbodige ballast stellen kon. Wat kon het hem schelen, dat de mensen hem uitlachten? Meer, meer! Lachen is gezond! Heten we niet met recht: Minderbroeders? Omdat we onszelf toch minder achten dan de gewone mensen zichzelf hoog achten? Als God maar van me houdt!
Mijn persoonlijke lieveling onder de clowns is Harpo Marx. Harpo, dat weet u misschien wel, sprak niet - ja, met zijn toeter of via zijn dieren, vooral door de kikker die in zijn scheve hoge hoed zijn nest had. Harpo was dol op kinderen. Ik lach me nog steeds een (on) geluk als ik naar hem kijk. Omdat - ja, hoe leg je dat uit in gewone woorden? Omdat hij niet van onze wereld was en er niets van snapte, omdat hij zijn eigen logica had - net als broeder Junifer. Ze vielen zeer zeker op, maar het had niet iets demonstratiefs. Als Jezus de voeten van zijn leerlingen wast, doet hij dat niet om een punt te scoren, maar omdat hij echt van ze houdt. Het valt ook niet na te doen, hoeveel pausen dat op evenzo vele Witte Donderdagen ook proberen.
Wat dan is de les die Junifer en al die anderen ons vandaag de dag nog kunnen leren?
Dat we ons niet zoveel moeten aantrekken van wat iedereen ook van ons denkt.
Want Christendom is nooit een democratische religie. Je volgt iemand die een minderheid was, en die dat altijd per definitie ook blijven zal. Probeer je er toch een partij van te maken, dan doe je, en dat is onontkoombaar, water bij de wijn - en wel zo, dat het een ondrinkbaar goedje wordt waar niemand echt vrolijk van wordt (..). Zijn doen en laten verwijst naar een wereld met een andere logica.
Wat kun je nog meer van deze heilige dwazen leren?
Positief: dat er een onuitputtelijke vrijheid bestaat, en dat die vlakbij is: In Jezus woorden: Het koninkrijk Gods ligt voor de hand. Je bent ten diepste toe, en met huid en haar bemind. Wees echt, wees oprecht, wordt jezelf en dan en daar zul je God vinden. Thomas schrijft: zaag een boom doormidden, ik ben er; til een steen op, je zult mij er aantreffen. Het is altijd vlakbij, het ligt zo voor de hand en wij zoeken het maar verder, en verder, en verder... Toen de geleerde Rumi zijn vriend Shamz voor het eerst ontmoette, nam die al zijn boeken af en wierp ze in de modder. Eem bevrijdend lachen en knuffelen volgde.
Hoe gek moet je zijn om te geloven?
Arm, en dan rijk aan vrijheid; of leeg - en dan vol van God. Je wordt je zelf; of je wordt God.
Onvoorstelbaar onvoorspelbaar. Vasalis schreef:
Als daar muziek voor is, wil ik het horen:
ik wil muziek voor oude mensen, die nog krachtig zijn,
en omgeploegd met lange, diepe voren
en ongelovig. Die de wellust en de pijn
nog kennen. Die bezaten en verloren.
En àls er wijsheid is, die geen vermoeidheid is,
en helderheid, die geen versterving is,
wil ik die zien, wil ik die horen.
En anders wil ik zot en troebel zijn.
(Boven zie je de youtube versie van het prachtge gebed van Franciscus, uitgevoerd door Sinead O'Connor.)
Twee jaar na zijn dood werd Franciscus al heilig verklaard. Op zijn graf in Assisi werd de San-Francescokerk gebouwd (1228-1253). Hij is hoofdpatroon van Italië; in de Verenigde Staten van San Francisco (Californië) en Santa Fe. Toen in 1931 een geschikte datum werd gezocht voor werelddierendag, koos men voor zijn feestdag, 4 oktober. Sinds 1979 is hij ook patroon van het milieu, van milieubeschermers, geweldlozen en ecologen. Een van zijn beroemdste leerlingen was Junifer (Sint Juin, Broeder Junipherus = Jeneverbes) geboortedag onbekend, sloot zich in 1210 aan en stierf 1258; heiligendag 29 januari).