kerstzoenen
Eerst voor alle digibeten, twitteraars, en andere tijdloze dames en heren:
de kerstboodschap in digitaal!
Petra Engelfriet had mijn nachtzoen via Youtube gezien, en vond me een goede voor een nieuwsitem over kerst. Die is op 14 december opgenomen en op 15 december uitgezonden. Opname in ons eigen kerkje, met het Velper Middagkoor:
speaking words of wisdom
Vijftig jaar Beatles
Als John Lennon deze oktober zeventig geworden zou zijn, waren ze vast bij hem gekomen voor een benefiet: Paul en Ringo, Dylan, Jagger, Clapton, Neil Young, Joe Cocker… M et een beetje hulp van vrienden hadden ze samen Give Peace a Chance en Fool on the Hill gezongen.. Er was een moment van stilte en meditatie geweest voor George; John en Paul zongen Yesterday , All you need is Love was de meezinger, Hey Jude had een half uur geduurd… Imagine!
Maar John is al dertig jaar dood en blijft forever young.
Dit jaar gedenken we vijftig jaar Beatles. Vijftig jaar! In 1963 zat ik in de eerste, en het eerste liedje dat ik op het plein leerde was “She loves you yeah yeah yeah, de bietels op de plee”. Vijftig jaar! En nog altijd zijn er mensen die menen modern te zijn als ze beweren dat ze ook best wel van The Beatles houden.
In de muziek- en in de cutuurgeschiedenis kan niemand om The Beatles heen. De invloed die deze fab four gehad hebben valt niet te overschatten; ze bleken een klasse en een wereld apart. Je vraagt je af hoe het mogelijk is geweest, dat vier jongens uit Liverpool elkaar tot zulke hoogten hebben kunnen opstuwen; een verschijnsel dat in die dagen overigens ook Genesis, The Who en de Stones overkwam. Als je niet beter wist zou je het een wonder kunnen noemen; hetzelfde vragen theologen zich over Franciscus of van de Jezus-beweging af. Er moet iets gebeurd zijn; een bepaalde chemie heeft de Geest uit de fles doen komen en heeft een explosie van creativiteit en vernieuwing veroorzaakt.
De Beatles hebben twintig jaar jongeren geholpen om af te wijken; de generatie die de wereld een ander aanzien gegeven heeft, die op een nooit eerder vertoonde manier durfde breken met tradities. Lang haar (wat netjes, zeggen we nu!), losgaan, experimenten: zij werden ons voorbeeld en zijn ons voorgegaan in gedaanteverwisseling en stijl. Elke keer weer moesten we wennen aan nieuwe albums, geluiden, instrumenten, tot ook die weer standaard werden, tot ze ons met hun volgende elpee weer een slag voor bleken. De Beatles waren voorgangers; ze gingen mediteren en brachten India mee, ze experimenteerden met drugs en namen dromen en hallucinaties mee; ze groeiden verder en wij veranderden daar parallel aan mee. Ook binnen het systeem van de Beatles zelf werd stevig gepolariseerd; elk van hen werd meer zichzelf en ging afwijken van de anderen. Het weerspiegelde maatschappelijke verhoudingen; de Beatles als parabel.
Bovenal hebben ze songs geschreven, die gegrift zullen blijven in ons collectieve geheugen; liedjes – en teksten! - die ons hebben begeleid en gevormd. De muziek van nu is onvoorstelbaar zonder hun immense invloed. Dat vrijwel al hun nummers nog steeds modern klinken, zegt alles over de manier waarop ze ons gehoor beinvloed hebben.
De twee overleden leden van de band waren het meest spiritueel: George en John: Lennon de profeet met zijn scherpte en woede, George (My Sweet Lord) de mysticus. Paul, het genie en de leider is kerks en commercieel gebleven; hij, de linkshandige bassist, vormde en met de onaangedaan ogende drummer Ringo de beatlebasis. Het is interessant dit universum, waar de wind van vier kanten kwam, op religie te onderzoeken, maar waarschijnlijk zitten we er nog teveel middenin om hun invloed van afstand te kunnen bekijken: vier Seelen wohnen, ach! in meiner Brust..
i believe i can fly
I Believe I Can Fly.
Het Geloof...!
Vooral mensen die onkerkelijk zijn, spreken die woorden uit of het een Barnevelds Bepaalde set met zekerheden is. Ze spreken de woorden uit twee hoofdletters: Het Geloof. En dan ben je er vanaf.Maar: dat geloven zo binnen kerkelijke kaders omlijnd zou zitten:
Ik geloof er niets van.
Mijn oudste zoon Coen gelooft in zijn vliegtuigen. Hij bouwt ze van balsa, maakt zijn eigen electronische afstandbediening, zet een camera op het vliegtuig en plaatst de films vervolgens op YouTube (tik: Coenair).
Hij heeft diverse oudere mannen met dezelfde bevlieging als vriend, leraar of leerling. Er komt heel wat bij kijken.
Van wie hij dat talent heeft? Niet van zijn ouders.
Je zou in reïncarnatie gaan geloven, als je je kinderen nader beschouwt. Want mijn sterke kerkelijke neigingen zitten hem bijvoorbeeld niet in de genen. Hij beschimpt mij om wat hij gelooft dat ik geloof ("..dat jij echt denkt dat er iemand van boven de wolken naar ons zit te gluren! Hou toch op.."). Vervolgens neemt hij, natuurlijk, niet de tijd om mijn reactie af te wachten.
Komt nog, geloof ik. Laat hem zolang maar op zijn eigen wijze met de hemel bezig zijn; het is een lust voor het oog. En hij wordt er spelender wijs van.
Onze andere zoon Jop, is momenteel een idolaat basketballer. Ook dat komt niet van ons (geloof ik). Hij staat er mee op ("Wil je me om kwart over zeven wakker maken? Dan kan ik nog even ballen") en gaat er mee naar bed ("Aah? Nog maar een paar worpen oefenen..!?"). Honderd worpen, eentje raak ("Nooit geschoten altijd mis, pappa").
Deze week heeft hij de film Space Jam (met Michael Jordan!) gezien; kreeg het liedje zijn hoofd niet uit en wil het op zijn walkman om er naar te luisteren terwijl hij aan het ballen is. Tik op YouTube: Yolanda Adams I Believe I Can Fly. Doen!
Wij deden het vanmorgen half acht. Zo gingen die beiden tezamen, zoon zit achter PC, vader staat achter zijn zoon. En Yolanda zingt online. Haar stem krijgt vleugels. Als het gospelkoor invalt, krijg ik het te kwaad. Ik kan bijna niet praten van de brok in de keel, leg een hand op zijn schouder, en krijg een kneepje terug. Voor de pubers onder ons: R Kelly heeft het tot een megahit gemaakt. Maar de mooiste uitvoering blijft die van Yolanda Adams.
I believe I can fly, I believe I can touch the sky..
Geloven doe je in een beloofd land, in een betere toekomst, in je familie; dat je je mooiste werk, of je mooiste worp nog maken kunt; in Obama, in Jezus, in reïncarnatie, in Boeddha. Geloof is de overtuiging van wat je nog niet ziet.
Als er een weg is naar dat beloofde land, dan is het: Geloof.
Met onverschilligheid blijf je zitten waar je zit en verroer je je niet.
Elk gedreven mens heeft een drive, een geloof. Zonder geloof zet je geen stap na de ander. In Lunteren organiseren we regelmatig zondagmorgens met als thema: "De Passie van ..", waarbij op de stippellijntjes iemand van onze vereniging vertelt over wat hem of haar bezielt. Is dat dan De Geest? En is die dan zo uit de fles?
Er ís niet één geloof. Het valt me ineens op, dat gospelzangeres Yolanda Adams geen enkel woord uit Het Geloof gebruikt - maar dat het lied toch een gospel blijft.
Met andere woorden (..!): een beetje God is overal.
Hij / Zij / Het hoeft geen naam te hebben.
God is een goede vertaler.
Dat geloof ik.
"Wat drijft je? De vlinderslag, meneer!" las ik bij Loesje.
Met de hoopvolle gedachte dat we, met andere woorden (!), dezelfde drive hebben, besluit ik. (PS: Jop is 12, Coen is 14)
kiezen voor de toekomst
Ik schrijf deze woorden in wegrestaurant Stroe en buiten zie ik een lange file aan mij voorbij gaan. “Wat drijft de volken, wat bezielt ze toch? Hij die in de hemel is gezeten, lacht (psalm 2)”. Zo meteen ga ik een foto van de Balkenende poster bij de ingang maken. Vandaag lacht hij daar nog: Nederland kan op ons rekenen. Ik ga hem aan de tand voelen. Met hem op de foto, misschien knapt hij daar wat van op.
Anders ik wel. Ik schrijf dit op 10 juni: donderdag na het kiezen.
Kiezen! Ik weet niet hoe of het met uw tanden staat, maar ik doe altijd liever een gebed, dan een gebit. Zondag na de dienst viel me weer een tand uit. Deze week heb ik het dus flink voor de kiezen gekregen. Net als heel Nederland, trouwens: een lange maand van bijtende, en herkouwende politici. Vloekten elkaar, en zegenden maar weinig. Nu is aan al dat balken een eind gekomen.
Mijn zoon vraagt, waarom ik alweer naar de tandarts moet, en of onze gebitten al slechter worden. Ik antwoord nee, maar wij krijgen steeds meer na de AOW: ons kiesstelsel kan dat niet bijbenen. Toch hoop ik, dat hij zijn tanden regelmatiger poetst dan ik dat deed. En dat hij de genen van zijn moeder heeft – wat dat betreft, tenminste (..). Mijn eigen moeder meende nog dat een appel ook goed was, voordat ik slapen ging. Nu weten we beter.
Ik vraag me trouwens af wat u gestemd hebt; er is grote politieke diversiteit binnen de NPB. Weinig PVV, veel VVD, Groen Links en Partij van de Dieren. Gelukkig hebben we het daar niet al te vaak over. Mijn tandarts trouwens stemt Pechtold, en dacht dat ik wel CDA zou zijn: “Doe jij nou maar mijn tanden, en laat kiezen nou maar aan mij over”, zei ik (toen ik nog praten kon).
Welke kant gaat het op?
Ik zie de ene helft van de auto’s naar links, de andere naar rechts rijden. Het heen-en-weer krijg je er van. Wat een energieverspilling! Konden automobilisten maar wisselen zoals de kinderen dat doen. Maar nog eens: welke richting gaan we op met ons landje? Of, nu alles en iedereen met elkaar verbonden is: waar koersen we met de mensheid op af? Welke kant gaat het in wezen op?
Dit is, besef ik, de afgelopen Pinkstermaand het thema van mijn diensten: groeien, evolueren, er nog niet zijn, de gebrokenheid, onze on-afheid, het roepen naar en in die Geest. En waar je toch de veerkracht vandaan haalt. “Hoop” is geen hoop als je het doel al kunt zien zitten. Hoop is een houding in de mist; een hunkerende houding. Hoop is mystiek. Je zoekt, omdat het bij je hoort, omdat het bij geloven hoort. Je hoopt omdat je een roeping hebt gekregen - van een ongelukkige bij voorbeeld, iemand die er, net als jij, nog lang niet is; je hoopt, omdat je een tic van de timmerman gekregen hebt. God is niet alleen pleister: God is misschien vooral de wond.
En ik geloof, ik hoop, dat we de goede kant op gaan. Dik dertig jaar terug heb nog tegen Franco en Salazar geprotesteerd en tegen het kolonelsregime in Griekenland; dik twintig jaar terug tegen de apartheid in Zuid-Afrika; ik heb nog een half jaar in de DDR achter de muur gewerkt. Ook heb ik door de jaren heen de tandartsenpraktijk beter zien worden. Vanuit die distantie, vanuit die hemel gezien - mogen ook wij wel een beetje vaker lachen, nietwaar? Is dit dan evolutie, de hoop in actie?
We mogen het hopen. Laten we een kaarsje branden voor de katholieken, de moslims, en een gebedje doen voor de tandartsen en politici. Het is kiezen, en delen.
Stroe, onderweg naar Lunteren – Ivo de Jong